Categoriearchief: Pers

9 november 2004 recensie

Vocaal vuurwerk spettert de zaal in

Het is eeuwig zonde dat in concertgebouw De Vereeniging de mogelijkheid ontbreekt om opera’s uit te voeren. Want de akoestiek is daar voor de zangstem van een zeldzame orde. Dat bleek gisteren overduidelijk toen de bekendste opera van Pietro Mascagni, Cavalleria Rusticana, door het Symfonieorkest Nijmegen werd uitgevoerd.
Hoewel een echt opera-toneel ontbrak, is toch een grotendeels geslaagde versie van dit luidruchtige spektakel op de planken gekomen. Regisseur Marc Pantus had achter het orkest een verhoogd podium gerealiseerd, waar zowel de solisten als het koor, in dit geval het Projectkoor Gelderland, zich vrijelijk konden bewegen.
Het is een hele sprong voor dit orkest, dat geen ervaring heeft met de Italiaanse opera, toch zo meeslepend aan het werk te zien.
Dirigent Arjan Tien had alles uit de kast gehaald om een onvervalst authentiek Italiaans opera-geluid uit zijn orkest te toveren. Met een overweldigend succes. De teder neergezette tonen van de violen in het intermezzo spraken hier boekdelen. De tachtig minuten die deze voorstelling duurt, vlogen pijlsnel voorbij.
Daarbij zeker geholpen door een stel integer zingende solisten. De lyrische tenor Hakan Aysev bijvoorbeeld zong de zware rol van Turiddu met een overtuigende zwier. Hij kwam met gemak boven het orkest uit. Hetzelfde gold de dramatische rol, die de sopraan Edna Prochnik vertolkte. Het een sopraanstem die nooit schel of te opdringerig wordt. Zelfs in dit drama van eerwraak, ofwel vendetta, was haar interpretatie altijd humaan en van een grote betrokkenheid. Ook de schalkse stem van Lotte Bovi in haar creatie van Lola mocht er zijn.
De regisseur koos ervoor om met enkele simpele handelingen het koor op de achtergrond toch een betekenis te geven. Het zijn goed geschoolde stemmen, die mooi de muzikale bewegingen van het orkest ondersteunden.
De overige solisten maakten ook een goede indruk, zoals de kordate manier van zingen van de bariton Bastiaan Everink en het lage, warme stemgeluid van Léonie Korff.
Al met al een initiatief dat zeker een vervolg moet krijgen. Misschien het begin van operatraditie voor het Symfonieorkest Nijmegen. De zaal zat gisteren alvast stampvol.
Concert door het Symfonieorkest Nijmegen o.l.v. Arjan Tien, m.m.v. Projectkoor Gelderland o.l.v. Caspar van der Vinne, en vocale solisten. Programma: Mascagni: Cavalleria Rusticana. Gehoord: gisteren in De Vereeniging, Nijmegen.

de Gelderlander
PAUL VERGEEST
© Wegener.NV

26 december 2004 recensie

Warme klanken uit het hoge Noorden

Voor de 35ste keer een kerstconcert geven in de Nijmeegse Sint-Stevenskerk: op zich is het al een prestatie. Begonnen in de kleine Noorderkapel (de kerk zelf was eind jaren zestig nog in restauratie), is het optreden van het Symfonieorkest Nijmegen uitgegroeid tot een culturele gebeurtenis van belang.
Deze tweede kerstdag kiest dit ensemble kiest voor warme klanken uit het hoge Noorden. Nadat organist Joost Langeveld de aanwezigen het wachten heeft veraangenaamd met pronte klanken van het König-orgel gaat het kerstconcert van start met de prachtige romantische muziek uit de Eerste Peer Gynt Suite van Grieg. Het eerste deel Morgenstimmung tovert de uitvaart van koningin Juliana weer in gedachten. Toen een beladen moment in Delft, nu een warm bad voor alle muzikale kerstvierders uit de regio Nijmegen. Klinken de violen in de hoogte nog wat spichtig, in het gevoelig neergezette Ases Tod heeft het orkest zijn draai helemáál gevonden. Tijdens het ingetogen slot kun je een speld horen vallen tot het moment dat een dreumes zich roert.
Op de laatste opzwepende tonen van de Tanz in der Halle des Bergkönigs volgt Pas de Deux van Bernard van Beurden. Een recent werk, dat door Nienke en Joris van Rijn (broer en zus) in perfecte samenwerking met het orkest wordt uitgevoerd.
Wat een spanning wordt hier opgeroepen. De gedreven vertolking van dit fraaie werk ontlokt terecht een klaterend applaus.
Leuk dat ook de blazers zich dit keer apart profileren. Ze doen dat joyeus met de Serenade opus 7 van Strauss. De Karelia Suite van Sibelius vormt tenslotte een pittige finale, waarin Arjan Tien zijn orkest vrijwel overal even synchroon door de ruime akoestiek weet te loodsen.
Concert: Symfonieorkest Nijmegen o.l.v. Arjan Tien m.m.v. Nienke en Joris van Rijn, viool. Gehoord: zondagmiddag in de Sint-Stevenskerk, Nijmegen.

Door MAARTEN-JAN DONGELMANS
De Gelderlander

6 november 2003 recensie

Orkest en altist koppelen uitersten aan elkaar

Berlioz ’tweede symfonie’ Harold en Italie blijft een lastig te interpreteren en merkwaardig werk: Is het nu een verkapt altvioolconcert of een symfonische fantasie met altviool?
Dirigent Arjan Tien en het Symfonieorkest Nijmegen laten de waarheid deze woensdagavond in het midden. In de behoorlijk gevulde Vereeniging onderstrepen ze echter nadrukkelijk de tweeslachtige bedoelingen van de componist.
De in Nijmegen opgegroeide altviolist Frank Brakkee krijgt een plaats vóór het orkest toebedeeld, maar niet de gebruikelijke, links naast de dirigent. In plaats daarvan staat hij helemaal links op het podium, bij de achterste rij eerste violisten, in de onmiddellijke nabijheid van de harpiste. Een positie die een wat bevreemdend effect oplevert, net als Harold en Italie zelf. Brakkee vervult zijn rol van muzikaal commentator ondertussen met verve. In zijn intermezzi en interactie met het orkest laat de altist warme, gepassioneerde klanken horen. Klanken die worden voorzien van een prettige dosis raffinement. In het eerste deel Harold aux Montagnes valt bijvoorbeeld op hoe delicaat Frank Brakkee zijn partij in het grote geheel weet te passen. Met dank aan het koper, dat de koraalachtige passages subtiel weergeeft. Hier en elders koppelen orkest en altist moeiteloos emotionele uitersten aan elkaar. Gretigheid staat tegenover onthouding; symfonische allure vindt een tegenpool in kamermuzikale verfijning. Pas in het laatste deel Orgie de Brigands trekt het orkest alle aandacht naar zich toe. Brakkee ruimt op dat moment ook letterlijk het veld. Pas na de slotmaat komt hij weer uit de coulissen te voorschijn. Op die plek staan overigens ook nog vier strijkers opgesteld. Dit kwartet zorgt voor een extra fraai effect, voordat het complete orkest zich uitleeft in de spetterende finale.
Knap, zoals het orkest voor de pauze ook de Eerste Symfonie van Beethoven voor het voetlicht brengt. De orkestklank is doorzichtig, met liefde voor het detail.Dat laatste horen we in de door werking van het Allegro con brio Het tweede deel onderscheidt zich door stuwend spel, terwijl het dynamische Menuetto joyeus klinkt. De levenslustige finale begint wat iel, maar dat mag de pret niet drukken. Met veel temperament wordt een volwassen, professionele vertolking afgeleverd.
Concert: Symfonieorkest Nijmegen o.l.v. Arjan Tien m.m.v. Frank Brakkee, altviool.
Gehoord: 5/11 in De Vereeniging te Nijmegen.

de Gelderlander
MAARTEN-JAN DONGELMANS

31 oktober 2002 recensie

“Dirigent Arjan Tien liet gisteren in een goed gevulde grote zaal van De Vereeniging horen hoe hij vertrouwd is met de lastige materie die dit Deutsches Requiem (Brahms) is…..Kortom, dit Deutsches Requiem was een memorabele gebeurtenis zoals we die maar zelden meemaken in de concertzaal.”

De Gelderlander (Paul Vergeest)